Een aanraking zegt meer dan 1000 woorden
‘Een aanraking zegt meer dan 1000 woorden’
16 oktober 2014
door Alice Zeilinga-Gerritsen
Wat veel mensen niet weten is dat aanraken een eerste levensbehoefte is, net als eten en drinken. En er rust tegenwoordig een taboe op; we zijn (te) voorzichtig geworden met het aanraken van anderen. Is het misschien riskant geworden om zomaar iemand aan te raken?
Volgens veel ingevoerde en geldende integriteit- en gedragcodes, kan het kan je je carrière kosten en een smet werpen op je reputatie. Alles staat en valt kennelijk met de uitleg/motivatie omtrent de aanraking. Niet onze eigen uitleg, maar die van derden… Dat maakt het kennelijk eng en riskant.
In de (geestelijke-) gezondheidszorg bestaan er strenge regels: patiënten raak je alleen aan indien dit strikt noodzakelijk is. Een dokter mag wel lichamelijk onderzoek doen, maar geen aai of een knuffel geven. Ook psychotherapeuten geven keurig een hand, maar weinigen een omarming of een zoen.
Alleen intimi kunnen we ‘zonder gevaar’ aanraken. In onze angst om de verkeerde signalen uit te zenden, dreigen we daarom een heel belangrijk instrument te verliezen. Aanraken houdt ons geestelijk en lichamelijk gezond.
Hoe belangrijk de tastzin is, blijkt al uit het feit dat de huid het eerste zintuig is dat zich ontwikkelt bij een foetus. Al in de baarmoeder zijn we in staat om via onze huid te voelen. En als we oud en grijs zijn, is de huid het zintuig dat het langst blijft functioneren; het zicht en het gehoor gaan veel eerder achteruit. De huid is verreweg onze grootste ontvanger van verschillende signalen van buitenaf: kou, warmte, pijn, druk en tast.
Daarnaast is de huid het grootste orgaan dat we hebben. Het is ons primaire communicatiemiddel en onze belangrijkste beschermer. Miljoenen zenuwcellen reageren op aanrakingen en zenden die signalen naar de hersenen, daar wordt ‘besloten’ of de aanraking aanleiding is om allerlei hormonale reacties teweeg te brengen…of niet. Het hangt dus van de emotionele lading af of onze hormonen in beweging komen.
Met andere woorden: de kus van een vage kennis komt heel anders binnen dan een kus van je partner, goede vriend of iemand waar je verliefd op bent. Als de aanraking als prettig wordt ervaren komen er hormonen vrij zoals endorfine (het gelukshormoon) en oxytocine (het verbindingshormoon).
Endorfine zorgt dat we ons prettig voelen, maar het stimuleert ook ons immuunsysteem, de spijsvertering en de stofwisseling. Mensen die regelmatig lichamelijk contact hebben, hebben een lagere bloeddruk dan mensen die dat niet hebben. Een extra dosis aanraking zorgt zo dus voor een sneller ziekteherstel en minder stress. Daarmee bedoel ik niet de incidentele aanrakingen -al zullen die zeker bijdragen-, maar meer een structurele aanraking.
In onze jeugd wordt, via aanraking, onze ‘gevoelsmatige basis’ gelegd: ‘Ik mag er zijn, ik ben goed, ik doe ertoe’. Deze basis is sterk verbonden met de lessen die we hebben geleerd op het gebied van het aanraken van onze ouders, opvoeders, docenten en andere mensen die een belangrijke rol hebben gespeeld in onze ontwikkeling. Als deze basis goed is gelegd, kun je in je latere leven gemakkelijker intermenselijk contact maken en houden.
In welke mate zijn we in staat om werkelijk onze eigen behoeften en verlangens te voelen en ons daarin kenbaar te maken en dat in de ontmoeting met een ander te brengen?
Vaak lukt dit nog wel als we plezier met elkaar maken, maar durven we de ander ook te vragen om troost als we verdrietig zijn, of de ander met volle energie aan te spreken als we boos zijn? Aanraking zorgt ervoor dat we letterlijk ‘voeling’ houden met elkaar. Het vasthouden van elkaars handen helpt bij het praten over moeilijke onderwerpen, waardoor je sneller de emotionele en mentale verbindingen weer herstelt. Hoe bewaken we onze grenzen? Hoe dichtbij mag de ander echt komen als we het even niet meer weten of als we ons alleen voelen? Lossen we onze problemen zelf wel op, of durven we uit te reiken naar een ander in al onze raakbaarheid? Mogen we er zijn met alles wat er is?
Wie raak jij aan en door wie word jij echt aangeraakt?